-
Dagboek - Dag 17
Dag 17 "Op de derde dag sloeg Abraham zijn ogen op, en hij zag die plaats in de verte" (Gen. 22:4). De Heere vraagt aan Abraham: "Neem toch uw zoon, uw enige, die u liefhebt, Izak, ga naar het land Moria, en offer hem daar als brandoffer op een van de bergen die Ik u noemen zal" (Gen. 22:2). Abraham is gehoorzaam en gaat op weg. Moria betekent: voorzien zal de Heere. Abraham wist dat het goed zou komen. De derde dag wijst op opstanding, nieuw leven. Bij de schepping brengt de...
"Je bent zondiger en gebrekkiger dan je ooit kunt geloven; en tegelijk: je bent meer geaccepteerd en bemind dan je ooit hebt durven hopen. - Tim Keller, Redeemer Presbyterian Church, New York"
- Gegevens
- Categorie: Iniminies
- Hits: 463
De koffer
De minister van financiën wil een nieuwe koffer voor de miljoenennota. Die moet meer eigentijds zijn en duurzamer. Duurzaam. Dit woord vind je niet in de Bijbel. Het is een obsessief woord geworden. Je vraagt je af, wat is duurzamer dan de huidige koffer die al 58 jaar dienstdoet en geen gebreken vertoont?
Het is een bijzondere koffer. Niet alleen vanwege de miljoenennota die er één keer per jaar in gedragen wordt. Meer nog omdat die van perkament is, gemaakt van geprepareerd geitenhuid. Waar vind je nog zo’n duurzaam product?
Ik moet denken aan de perkamenten en boeken van Paulus. Ze bleven achter in Troas bij Karpus (2 Tim. 4:13). Perkament werd toen gefabriceerd van schapen- en geitenhuiden in Pergamum, de stad die we kennen uit Openbaring. Daar was dit schrijfgerei uitgevonden, nadat Egypte geen papyrus meer naar deze stad wilde exporteren. Alexandrië had namelijk een enorme bibliotheek die Pergamum wilde evenaren. Beide hadden grote leeszalen, leslokalen en kopieerruimten, ook verblijfsruimtes voor een paar duizend studenten. De opslag van boekrollen overstijgt ons denkvermogen. (Pergamum 200.00 rollen in 41 v.Chr.; Alexandrië 400.000-700.000 in 1e eeuw v. Chr.). Alexandrië moest de bezitter van de grootste kennisbank der wereld blijven.
Er werden in Pergamum dierlijke beschrijfbare vellen vervaardigd, evenals boeken door vellen aan elkaar te naaien. Zij waren zo duurzaam dat ze in woestijngrotten eeuwenlang bewaard bleven, waaronder ook een enkele van papyrus. Denk aan de Dodezeerollen. Verreweg de meeste boeken van het Nieuwe Testament zijn aan deze boekrollen te danken. Over duurzaamheid gesproken!
De apostel Paulus vroeg aan Timotheüs of hij de boeken en vooral de perkamenten mee wilde nemen naar Rome (2 Tim. 4:13). Hij wilde deze bij zich hebben nu hij daar gevangen zat. Want ook voor hem was het Woord een lamp voor zijn voet en een licht op zijn pad! Hij kende als geleerde rabbi de Schriften en maakte er veel studie van. Dit blijkt uit vele aanhalingen uit het Oude Testament in zijn brieven.
Welke boeken en perkamenten zouden dit geweest zijn? Delen van het Oude Testament, zoals de Wet van Mozes en de Psalmen? Het bewijs van zijn geboorte, zodat hij kon aantonen een Romeins staatburger te zijn? Waren er ook onbeschreven rollen bij? Het is gissen.
Ook vroeg hij Timotheüs om zijn mantel mee te brengen. Andere vertalingen spreken over zijn reismantel. Commentaren geven aan dat daar zakken in zaten waarin de boeken en perkamenten zich bevonden, veilig voor weersinvloeden.
Mantel komt van het Griekse woord phelomes. Het komt één keer voor in het Nieuwe Testament. Eerlijk gezegd betwijfelen Griekse linguïsten of phelomes wel een mantel in de strikte zin van het woord is. Men meent dat het evengoed een soort boekenkist, manteltas of koffer kon zijn. Want er bestonden reistassen van perkament. De grammaticale gronden voor beide opvattingen zijn volgens deskundigen ongeveer gelijk. De meerderheid van de vertalers koos voor mantel. Slechts in enkele vertalingen vanuit het Aramees is gekozen voor boekenkast, boekdrager en kist.
De derde-dinsdag-koffer. Daarin zit jaarlijks een ander document dat voorstelt hoe de overheid het belastinggeld van de burgers wil verdelen. Telkens opnieuw. De inhoud van Bijbelse boekrollen behoeft geen jaarlijkse bijstelling. Gods Woord is eeuwig. Het bevat onder meer Zijn raadsbesluiten en wijst de weg naar Hem en Zijn Zoon, Die aan Zijn rechterhand zit in de hemelse gewesten, “ver boven alle overheid en macht en kracht en heerschappij en elke naam die genoemd wordt, niet alleen in deze wereld, maar ook in de komende (Efe. 1:21). Hij zei: “Zie, ik kom; in de boekrol is over Mij geschreven” (Ps. 40:8b).
Ineke van Lieshout
Afbeelding: Minister van Financiën Prof. dr. H.J. Witteveen met hoge hoed en de nieuwe koffer. Derde Dinsdag in September koffertje bij de ingang naar de Tweede Kamer. 15 September 1964. Collectie SPAARNESTAD PHOTO/NA/Anefo/Jo van Bilsen; Creative Commons Attribution-Share Alike 3.0 Netherlands
Het is een bijzondere koffer. Niet alleen vanwege de miljoenennota die er één keer per jaar in gedragen wordt. Meer nog omdat die van perkament is, gemaakt van geprepareerd geitenhuid. Waar vind je nog zo’n duurzaam product?
Ik moet denken aan de perkamenten en boeken van Paulus. Ze bleven achter in Troas bij Karpus (2 Tim. 4:13). Perkament werd toen gefabriceerd van schapen- en geitenhuiden in Pergamum, de stad die we kennen uit Openbaring. Daar was dit schrijfgerei uitgevonden, nadat Egypte geen papyrus meer naar deze stad wilde exporteren. Alexandrië had namelijk een enorme bibliotheek die Pergamum wilde evenaren. Beide hadden grote leeszalen, leslokalen en kopieerruimten, ook verblijfsruimtes voor een paar duizend studenten. De opslag van boekrollen overstijgt ons denkvermogen. (Pergamum 200.00 rollen in 41 v.Chr.; Alexandrië 400.000-700.000 in 1e eeuw v. Chr.). Alexandrië moest de bezitter van de grootste kennisbank der wereld blijven.
Er werden in Pergamum dierlijke beschrijfbare vellen vervaardigd, evenals boeken door vellen aan elkaar te naaien. Zij waren zo duurzaam dat ze in woestijngrotten eeuwenlang bewaard bleven, waaronder ook een enkele van papyrus. Denk aan de Dodezeerollen. Verreweg de meeste boeken van het Nieuwe Testament zijn aan deze boekrollen te danken. Over duurzaamheid gesproken!
De apostel Paulus vroeg aan Timotheüs of hij de boeken en vooral de perkamenten mee wilde nemen naar Rome (2 Tim. 4:13). Hij wilde deze bij zich hebben nu hij daar gevangen zat. Want ook voor hem was het Woord een lamp voor zijn voet en een licht op zijn pad! Hij kende als geleerde rabbi de Schriften en maakte er veel studie van. Dit blijkt uit vele aanhalingen uit het Oude Testament in zijn brieven.
Welke boeken en perkamenten zouden dit geweest zijn? Delen van het Oude Testament, zoals de Wet van Mozes en de Psalmen? Het bewijs van zijn geboorte, zodat hij kon aantonen een Romeins staatburger te zijn? Waren er ook onbeschreven rollen bij? Het is gissen.
Ook vroeg hij Timotheüs om zijn mantel mee te brengen. Andere vertalingen spreken over zijn reismantel. Commentaren geven aan dat daar zakken in zaten waarin de boeken en perkamenten zich bevonden, veilig voor weersinvloeden.
Mantel komt van het Griekse woord phelomes. Het komt één keer voor in het Nieuwe Testament. Eerlijk gezegd betwijfelen Griekse linguïsten of phelomes wel een mantel in de strikte zin van het woord is. Men meent dat het evengoed een soort boekenkist, manteltas of koffer kon zijn. Want er bestonden reistassen van perkament. De grammaticale gronden voor beide opvattingen zijn volgens deskundigen ongeveer gelijk. De meerderheid van de vertalers koos voor mantel. Slechts in enkele vertalingen vanuit het Aramees is gekozen voor boekenkast, boekdrager en kist.
De derde-dinsdag-koffer. Daarin zit jaarlijks een ander document dat voorstelt hoe de overheid het belastinggeld van de burgers wil verdelen. Telkens opnieuw. De inhoud van Bijbelse boekrollen behoeft geen jaarlijkse bijstelling. Gods Woord is eeuwig. Het bevat onder meer Zijn raadsbesluiten en wijst de weg naar Hem en Zijn Zoon, Die aan Zijn rechterhand zit in de hemelse gewesten, “ver boven alle overheid en macht en kracht en heerschappij en elke naam die genoemd wordt, niet alleen in deze wereld, maar ook in de komende (Efe. 1:21). Hij zei: “Zie, ik kom; in de boekrol is over Mij geschreven” (Ps. 40:8b).
Ineke van Lieshout
Afbeelding: Minister van Financiën Prof. dr. H.J. Witteveen met hoge hoed en de nieuwe koffer. Derde Dinsdag in September koffertje bij de ingang naar de Tweede Kamer. 15 September 1964. Collectie SPAARNESTAD PHOTO/NA/Anefo/Jo van Bilsen; Creative Commons Attribution-Share Alike 3.0 Netherlands