-
Dagboek - Dag 17
Dag 17 "Op de derde dag sloeg Abraham zijn ogen op, en hij zag die plaats in de verte" (Gen. 22:4). De Heere vraagt aan Abraham: "Neem toch uw zoon, uw enige, die u liefhebt, Izak, ga naar het land Moria, en offer hem daar als brandoffer op een van de bergen die Ik u noemen zal" (Gen. 22:2). Abraham is gehoorzaam en gaat op weg. Moria betekent: voorzien zal de Heere. Abraham wist dat het goed zou komen. De derde dag wijst op opstanding, nieuw leven. Bij de schepping brengt de...
- Gegevens
- Categorie: Iniminies
- Hits: 970
Jezus, de Overtreder?
In deze tijd van Pasen concentreren we ons op het kruislijden van onze Verlosser, de Heere Jezus. We denken erover na. Hoe erg was het voor Hem om de zonden van de hele wereld op Zijn schouders te dragen tot in de kruisdood? (1 Joh. 2:2) Het was een hartverscheurend lijden. We moeten erkennen dat dit niet te bevatten is.
Er was geen andere weg. Het moest zo gaan. Dit weten we van de apostel Petrus. Zijn lijden en sterven was door God bepaald, zei hij: “deze Jezus, Die overeenkomstig het vastgestelde raadsbesluit en de voorkennis van God is overgegeven” (Hand. 2:23a). Zijn veroordeling en kruisiging was door God tevoren vastgelegd (Hand. 4:28). De HEERE had besloten hoe het zou verlopen.
Jezus Zelf kende dit voornemen. Hij zei namelijk tegen de discipelen: “Want Ik zeg u dat dit wat geschreven staat, nog in Mij volbracht moet worden: En Hij is tot de misdadigers gerekend” (Luk. 22:37a).
Annas en Kajafas van Hieronymus Bosch |
Waarin was het goddelijk voornemen beschreven dat Hij gezien werd als een misdadiger, als een overtreder? Het was vastgelegd, in Jesaja 53. We lezen “…omdat Hij Zijn ziel heeft uitgestort in de dood, onder de overtreders is geteld, omdat Hij de zonden van velen gedragen heeft en voor de overtreders gebeden heeft” (12b).
Zoals geschreven gebeurde het. De Heere stortte zijn ziel uit: “Als water ben ik uitgestort, ontwricht zijn al mijn beenderen; mijn hart is als was, het is gesmolten diep in mijn binnenste” (Ps. 22:15). Afschuwelijk! Woorden schieten te kort. Desondanks bad Hij aan het kruis voor de overtreders, “Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen” (Luk. 23:34).
In Markus staat: “het Schriftwoord is in vervulling gegaan dat zegt: En Hij is onder de misdadigers gerekend” (Mark. 15:28).
De Heere, een Misdadiger? Het gaat om het Griekse woord anomos. Nomos is wet, in Gods Woord meer specifiek de Wet van Mozes. Een a-nomos houdt zich niet aan de Wet. Volgens het Sanhedrin, waaronder de hogepriesters Annas (Joh. 18:19) en Kajafas (Matt. 26:57), zondigde de Heere tegen de Wet door te beweren dat Hij de Messias was, de Koning der Joden. In de Wet staat dat wie tegen de Wet zondigde de doodstraf kreeg (Deu. 17; Hebr. 10:28). Vandaar dat zowel de stadhouder Pilatus, ten einde een juridisch bewijs voor de wetgeleerden te vinden, Hem vroeg: bent U de Koning der Joden? (Matt. 27:11; Mark. 15:2) “U zegt het”, was Zijn antwoord.
Volgens de wetgeleerden was de Heere een Anomos. Maar, hadden zij niet de verkeerde voor? Dé anomos moet immers nog verschijnen: “de wetteloze (anomos) zal geopenbaard worden. De Heere zal hem verteren door de Geest van Zijn mond en hem tenietdoen door de verschijning bij Zijn komst” (2 Thess. 2:8).
Wij weten inmiddels wat Gods raadsbesluit door de gehoorzaamheid van het offer van Christus voor ons voortbracht. “In Hem hebben wij de verlossing, door Zijn bloed, namelijk de vergeving van de overtredingen, overeenkomstig de rijkdom van Zijn genade” (Efe. 1:7).
Een gezegende paastijd!
Ineke van Lieshout
Afbeelding -> bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Annas_en_Kajafas#/media/Bestand:Annas_and_Kajafas_001.jpg
Copyright: publiek domein
Plaatje verkleind.
Schilderij van Heronymus Bosch, Annas en Kajafas,Museum Bomans van Beuningen