zondag 9 november 10:00 - 12:30 spreker Hans van de Lagemaat
  • Dag 311 "Mannenbroeders, het is mij toegestaan over de aartsvader David vrijuit tegen u te zeggen dat hij én gestorven én begraven is, en dat zijn graf tot op deze dag bij ons is" (Hand. 2:29). In zijn toespraak haalt Petrus een psalm van David aan: "Want David zegt over Hem: Ik zag de Heere altijd voor mij, want Hij is aan mijn rechterhand, opdat ik niet zou wankelen. Daarom is mijn hart verblijd en mijn tong verheugt zich; ja, ook zal mijn vlees rusten in hoop, want U zult...

    Lees de volledige dag

"Omdat ik weet dat ik niet mijn eigen heer ben, breng ik mijn hart als een offer aan de Here - Calvijn"


15) En Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw, en tussen uw zaad en tussen haar zaad; datzelve zal u den kop vermorzelen, en gij zult het de verzenen vermorzelen.